ROTTERDAM - Bladeren, zand, blikjes cola of zelfs 'je eigen shit'. Vakman Mitchel de Haas van Stadsbeheer komt het dagelijks allemaal tegen als hij met de kolkenzuiger op pad gaat. ‘Mensen zijn opgelucht en dankbaar als je bent geweest.’

Wellicht is het je wel eens opgevallen of rijd of loop je er zo voorbij. In de wegen en stoepen vind je allemaal putten. Kolken worden deze genoemd. Dagelijks maken medewerkers van de gemeente Rotterdam er wel een paar honderd schoon met de vacuümwagen. 'Wij noemen het een kolkenzuiger', vertelt Mitchel. 'Iedere wagen pakt een gebied aan en gaan we langs de putten om deze schoon te maken. Het kunnen er honderden zijn op zo’n dag.'

Putjesschepper
Mitchel geniet erg van zijn werk. 'Op een verjaardagsfeestje vertel ik dat ik putjesschepper ben. Dan begrijpt iedereen wat ik doe en het levert lachende gezichten op. Zeker als je zegt: wat erin zit is je eigen shit. Letterlijk.’ Waar mensen kunnen denken dat het werk vies is hebben ze niet helemaal gelijk. ‘Op de kolkenzuiger valt dat mee. Daar zuig je de put leeg en merk je niet veel van de troep.' Maar op een rioolwagen is dat heel anders. Mitchel lacht en deelt zijn ervaring: 'In het begin handelde ik niet goed en toen kreeg ik heel wat shit van die zooi over mij heen.'

Voldoening
Mensen waarderen zijn werk. 'Soms vinden mensen door ons hun sleutels terug en dan zijn ze erg opgelucht en dankbaar. Dat geeft voldoening.' Wel heeft Mitchel nog een oproep. 'Gooi geen vet en leur in het riool. Met leur bedoel ik de vochtige toiletdoekjes waarmee je je billen schoonmaakt. Dat is de grote boosdoener met verstoppingen. Als mensen daaraan denken maakt het ons werk nog beter om te doen.'