ROTTERDAM - De rechtbank in Rotterdam heeft vandaag een 36-jarige man, S.A. uit Rotterdam, veroordeeld tot 30 maanden cel voor- onder andere- het financieren van een terroristische organisatie en valsheid in geschrifte. Van lidmaatschap/deelname aan een terroristische organisatie is hij vrijgesproken.
2 andere verdachten, F.M. en A. Al M., kregen celstraffen tot 18 maanden voor het onderhouden van een ondergronds betalingssysteem (hawala-bankieren), waarvan de verdachte S.A. gebruikt heeft gemaakt.
Ontsnappingen
De rechtbank acht bewezen dat S.A. over een periode van 2 jaar geld ter beschikking heeft gesteld voor een groot aantal vrouwen en kinderen die in gevangenkampen in Syrië verbleven. Daarmee is dit qua omvang één van de grootste strafzaken als het gaat over de financiering van terrorisme.
In eerste instantie voor voedsel en goederen, later voor 'ontsnappingen' van vrouwen en hun kinderen uit de kampen. De verdachte had daarbij een sturende en essentiële rol: hij gaf opdrachten welke vrouwen moesten worden opgehaald, organiseerde de smokkel en regelde verblijflocaties.
ISIS-vrouwen
Het ging om voornamelijk Nederlandse vrouwen, die eerder waren uitgereisd naar Syrië, daar langere tijd hebben verbleven en er gehuwd zijn (geweest) met ISIS-strijders/medewerkers. Hij had ook rechtstreeks contact met deze vrouwen.
Verdachte heeft niet goed onderzocht of de vrouwen nog lid waren van ISIS en geen banden meer hadden met de terroristische groepering. Een deel van hen is nog altijd niet teruggekeerd naar Nederland en heeft zich vermoedelijk in door IS gecontroleerde gebieden gevestigd.
Bewust risico genomen
De verdachte heeft door zijn handelen het risico genomen dat het geld op (indirecte) wijze terecht is gekomen bij ISIS en gebruikt is voor terroristische doeleinden.
Terroristische groeperingen hebben geld nodig voor het verrichten van terroristische activiteiten, maar ook voor andere zaken als het beïnvloeden van de media, het verkrijgen van politieke invloed, het uitvoeren van sociale programma's en het rekruteren van aanhangers.
Hawalabankieren
F.M. en A. Al M. zijn veroordeeld omdat zij via een illegaal banksysteem geldbedragen hebben weggesluisd naar het buitenland (Syrië). Voor deze transacties hadden zij geen vergunning van de Nederlandse Bank.
Door zich op deze manier te onttrekken aan het financiële toezicht hebben ze strafbare feiten gepleegd en deelgenomen aan een criminele organisatie. F.M. is veroordeeld tot een celstraf van 15 maanden waarvan 5 voorwaardelijk. A. Al M. kreeg een celstraf van 18 maanden waarvan 6 voorwaardelijk.