Kort voor de aanhouding had een getuige een jongen gezien met een vuurwapen in zijn broeksband en belde direct 112. De jongen liep met een paar anderen een supermarkt aan de Binnenban in en de getuige alarmeerde daarop het personeel. Toen agenten kort daarna aankwamen, zagen zij buiten de supermarkt een jongen wegrennen. Ze riepen tegen hem dat hij moest stil moest blijven staan, wat hij niet deed. Daarop voelde een van de agenten zich genoodzaakt een waarschuwingsschot te lossen. Nóg stopte de jongen niet en hij gooide iets weg in een prullenbak. Kort daarop kon hij alsnog gearresteerd worden. Het weggegooide voorwerp bleek een speelgoedpistool te zijn, dat sprekend op een echt vuurwapen leek.
Nog een wapen
Ondertussen was duidelijk geworden dat bij nóg een jongen een wapen was gezien. Agenten zagen hem met een paar anderen in de directe omgeving en hielden ook hen staande. Van dat groepje bleek een 15-jarige jongen uit Spijkenisse ook een speelgoedpistool bij zich te hebben. Hij werd eveneens aangehouden. Beide jongens gingen mee naar het politiebureau. Daar werden hun ouders geinformeerd en werden de jongens vervolgens heengezonden.
Niet slim
Het voorhanden hebben van een speelgoedwapen is onder voorwaarden toegestaan. Maar, ermee zichtbaar rondlopen op de openbare weg of bijvoorbeeld in een supermarkt is niet bepaald slim. Burgers, maar ook agenten kunnen immers niet direct zien of vuurwapen echt is of nep. Agenten zullen omwille van hun veiligheid en die van omstanders geen enkel risico nemen en altijd optreden. In dit geval bleef het bij een waarschuwingschot. Hadden de jongens zich verzet of - door bijvoorbeeld paniek of adrenaline - zich anderszins onvoorspelbaar gedragen, dan had zich ander scenario kunnen ontvouwen.