De mannen, 50-jarige Hagenaar en een 43-jarige Rotterdammer, zijn volgens het Openbaar Ministerie op 24 september 2019 naar het koffiehuis gegaan om de eigenaar te bedreigen en te dwingen tot het betalen van een flinke som geld. In totaal zou het gaan om zo'n 80.000 die de man hen "verschuldigd" was.
De eigenaar van het koffiehuis was in zee gegaan met een gokbedrijf. Dat bedrijf had alles geïnstalleerd zodat mensen in het koffiehuis konden gokken, een deel van de winsten mocht de eigenaar dan houden. Maar in de zomer van 2019 ging er volgens hem iets mis met de software, waardoor plots een schuld ontstond. Volgens het gokbedrijf kon er met de software helemaal niets mis gaan, en was de eigenaar hen simpelweg geld verschuldigd. Er werd een groepje mannen op af gestuurd om orde op zaken te stellen, onder wie de twee verdachten.
Bedreiging
Toen de verdachten naar het koffiehuis gingen, werden zij al afgeluisterd in een ander onderzoek van de Haagse recherche. Zo kreeg de politie mee dat er werd afgesproken om het koffiehuis te bezoeken en daar geld op te gaan halen.
Later verklaarde de eigenaar van het koffiehuis dat zo'n vijf of zes man onverwacht zijn koffiehuis binnen kwamen. Er werd op de bar geslagen en gezegd dat hij gewoon moest gaan betalen. "Je gaat betalen, anders heb je een groot probleem."
Maffiose incasso
In de maanden die volgden heeft het slachtoffer zeker 20.000 euro betaald. Dat blijkt uit lijstjes die zijn aangetroffen, waaruit blijkt dat de schuld van het koffiehuis met dit bedrag verminderde. De officier van justitie noemde het "niets minder dan maffiose incasso". De verdachten zeiden in de afgeluisterde gesprekken zelf ook dat ze een soort incassoploeg wilden worden van het gokbedrijf.
Andere verdachten worden vanaf januari vervolgd binnen het Haagse onderzoek Taxus, dat draait om een criminele organisatie die zich bezig hield met wereldwijde drugshandel.
Strafeisen
De verdachten van vandaag moesten voor de rechter komen voor de afpersing in Rotterdam. Daarnaast wordt de Hagenaar nog verdacht van een andere poging afpersing en het voorhanden hebben van een vuurwapen. Tegen hem eiste het Openbaar Ministerie 22 maanden cel.
De Rotterdammer wordt naast de afpersing nog verdacht van het witwassen van ruim 11.000 euro. Tegen hem eiste het Openbaar Ministerie 10 maanden cel.