ROTTERDAM - Een rondvaartboot van Spiodo en een watertaxi kwamen op 21 juli 2022 met elkaar in aanvaring op de Nieuwe Waterweg waarbij de watertaxi beschadigd raakte en zonk. Het leven van alle opvarenden was daardoor in gevaar. Beide boten voeren ongeveer parallel aan elkaar, waarbij de rondvaartboot richting het Noordeiland voer en de watertaxi plots van koers veranderde richting de Leuvehaven. De rechtbank Rotterdam oordeelt dat beide schippers verwijtbaar hebben gehandeld, zij het in verschillende mate.


Schipper van de watertaxi

De rechtbank is van oordeel dat de schipper van de watertaxi onvoldoende heeft uitgekeken, ten onrechte aan de verkeerde kant van het vaarwater heeft gevaren, geen noodzakelijk bericht heeft gegeven via de marifoon en geen voorrang heeft verleend aan een groot schip, de Marco Polo. De rechtbank vindt dit handelen van de schipper zozeer onvoorzichtig dat hem een misdrijf valt te verwijten: schuld aan het verongelukken van een vaartuig (artikel 169 Strafrecht).


Ook vindt de rechtbank dat hij zich niet heeft gehouden aan de vaarregels om een aanvaring te voorkomen. Voor zijn handelen wordt de schipper van de watertaxi veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, waarvan de helft voorwaardelijk, met een proeftijd van 1 jaar.

Schipper van de Spido rondvaartboot

De rechtbank is van oordeel dat de verdachte geen rekening behoefde te houden met de plotse koerswijziging van de watertaxi die vol gas richting de Leuvehaven voer.

Wel had de schipper zijn vertrek van de vaste aanlegsteiger moeten melden via de marifoon op VHF-kanaal 81. Volgens de schipper was hij dat niet verplicht omdat het afvaren geen bijzondere manoeuvre is, maar dat ziet de rechtbank anders. Het melden van vertrek is altijd verplicht en niet alleen bedoeld voor de veiligheid van de schipper, zijn boot en de opvarenden, maar ook voor het overig vaarverkeer, dat daardoor weet wat de intenties zijn van zijn (groot) schip. Bovendien wordt het gedeelte van de Nieuwe Maas waar de aanvaring plaatsvond ook druk bevaren door vrachtverkeer en plezierjachten.

Toch vindt de rechtbank niet dat de schipper zodanig onvoorzichtig of oplettend heeft gevaren, dat het misdrijf schuld aan het verongelukken van een vaartuig is bewezen. Daarvan wordt hij vrijgesproken. De schipper heeft echter niet alle voorzorgsmaatregelen genomen waardoor hij in overtreding is van Binnenvaartpolitiereglement. Hem wordt een geldboete opgelegd van 500 euro.